Marx’ arrestatie in Brussel, tekening door N. Khulov.
Niet al te lang geslapen. Gewekt door de bel: een pakketje? Het was een bijzonder fijne avond, niet al te diep in de kruik gekeken dus het gaat wel. Pannenkoeken gemaakt en koffie in de oliestoel met de nieuwe NLR. Dubbelnummer. Dit ga ik zelfs in het Pinksterweekend niet uitkrijgen. Bespreking door Albert Toscano van Le choix de la guerre civile. Une autre histoire du néoliberalisme van Dardot et al. dat neoliberalisme afschildert als een vorm van politieke en economische oorlogsvoering, een eenzijdige klassenstrijd die ook — hier kan Foucault worden aangehaald — via de instituties van de burgerlijke staat wordt gevoerd, zoals de politie en het recht. Dat Foucault niet om klassenstrijd zou geven is grotendeels een misvatting. Hoewel het ‘links’ dat Dardot en de zijnen attaqueren tamelijk diffuus is, bevat dit boek tal van inzichten, aldus Toscano, zowel over de geschiedenis van het neoliberalisme als in theoretische zin. De Chileense coup is niet alleen het werk van ingevlogen Chicago Boys, maar kent ook een interne dynamiek. En: “Perhaps the most vital insight of Le choix concerns the centrality of a strategy of juridical warfare to neoliberalism, culminating in ‘a managerial and securitarian transformation that replaces the fundamental norms of the juridical order with an impressive layer of security laws’ — something they explore through critical engagement with literature on lawfare and neoliberal constitutionalism, highlighting the autonomization of the juridical and police spheres vis-à-vis the democratic arena.” Toscano brengt ertegen in stelling dat het maar de vraag is in hoeverre deze ‘burgeroorlog’ of ‘maatschappelijke oorlog’ niet eerder de norm is dan uitzondering voor het kapitalisme, inclusief gedurende de fabelachtige trente glorieuses, die immers ook een tijdperk waren van intens sociaal conflict, van dekolonisatie, segregatie en overlappende ‘klassenstrijden’, die de metropool en de periferie aan elkaar verknopen. Ik ben de Nederlandse geschiedenis van het neoliberalisme aan het lezen van Merijn Oudenampsen en Bram Mellink, die vrij dicht bij de Nederlandse parlementaire en beleidsgeschiedenis blijven. Maar hoe waren neoliberale netwerken ook hier te lande verknoopt met deze oorlogsvoering, dan wel van lagere intensiteit dan in Chili maar daarmee nog niet afwezig? Een vraag waar ik mij de komende weken misschien ook over moet buigen, gezien de politietechnieken van de BVD, evenals de vroeg in hoeverre die technieken in een koloniale broeikas zijn gerijpt. /// Het pakketje blijkt te zijn: De maan schijnt feller in de metaverse van Merel van Slobbe. Klinkt bekend? Verdere memeficatie van de poëzie? /// Wandeling door het Brussel van Marx en Engels, maar ook dat van Jacob Kats en Emile Vandervelde. Ik wist wel iets van de Brusselse periode van Marx, maar de rondleiding, georganiseerd door de basisgroep van de PVDA Anneessens en verzorgd door een kenner van de sociale geschiedenis van België heeft tal van punten met elkaar verbonden, textuur toegevoegd. Juist onze gids zo vertrouwd is met Brussel kan hij de doorwerking van de stad op het denken van Marx op verrassende manier aan het licht brengen. C.D. heeft me uitgenodigd, M.T. is er ook. Gemêleerde groep, ook een paar uitgeweken Nederlanders. We beginnen in de Rue Bouchers, een oude straat in wat midden negentiende eeuw, toen Marx in Brussel woonde, een volksbuurt was en die de Galerie du Roi doorsnijdt, die toen pas nieuw was: het was de overdekte passage van de bovenstad, waar de burgerij woonde, naar de Grote Markt. Ze werd bewaakt: niet zo maar iedereen mocht er flaneren. De winkels die zich er vestigden behoorden tot de meest deftige en dure en dat is nog steeds zo. De societé van winkeliers die toen werd opgericht is nog altijd dezelfde. Brussel is de meest geïndustrialiseerde stad van het Europese vasteland en ook een van de meest vervuilde: een boek als Engels schreef over Manchester en de arbeidersklasse daar kon je ook over Brussel schrijven, waar langs de nog niet overkapte Zenne allerlei industrie gevestigd was en waaromheen arbeidersbuurten lagen waar gezinnen van twaalf, vijftien personen woonden in een of twee kamers. Kinderen werkten vanaf zes jaar. Marx kwam hier terecht omdat hij wegens opruiende geschriften niet meer in Parijs mocht blijven, nadat hij ook al uit Duitsland was verbannen. België heeft op dat moment een van de meest liberale grondwetten van Europa, waardoor hij (na tekening van een document dat hij zich niet aan politieke activiteiten zou wijden) hier gedoogd werd. Samen met Friedrich Engels woonde hij in de Verbondstraat, in Sint Joost-ten-Noode, vlakbij waar nu metrostation Madou is. Hij schreef hier De Duitse ideologie, Het communistisch manifest en Misère de la philosophie, zijn schotschrift tegen het utopisch socialisme van Proudhon. Ook zijn polemieken tegen Weitling en het anarchisme dateren van deze tijd. De Belgische revolutie, die dan nog vers is, zou invloed hebben gehad op zijn De achttiende Brumaire van Louis Bonaparte, de beroemde tekst over de zelfcoup van Bonaparte. Want dat de Belgische Revolutie een revolutie van de burgerij was, klopt niet helemaal. Op de Coudenberg zien we het paleis, het panorama over de benedenstad en als we naar rechts kijken de ingang van het Warandepark, waar de oorlog tegen het Nederlandse leger op een guerillastrijd uitliep die door het proletariaat werd beslecht, waarna de gevluchte burgerij en kleinburgerij die de oorlog zag mislukken spoorslags terugkeerde uit Parijs. Dat de Belgische Revolutie een Franstalige aangelegenheid was, klopt ook niet helemaal: tal van Lierenaren, Gentenaren en Sint-Niklazenaars vochten mee. Marx stond, ook dit wist ik niet, in contact met Jakob Kats, de pionier van het Vlaamse toneel die toneel maakte met en voor arbeiders, mannen en vrouwen, wat uitzonderlijk was. (Zijn werk is onlangs enigszins uit de vergetelheid gehaald door Johan Wambacq, die een boek over hem schreef. Onduidelijk is of Kats invloed had op Marx, een invloed die Wambacq lijkt te suggereren volgens M.). Tal van anekdoten passeren, onder meer over de verstrooide wijze waarop Marx in plaats van zijn papieren de politie een blad uit Het communistisch manifest overhandigde met daarop ‘Proletariërs aller landen, verenigt u…’. Dat was in februari 1848. Een nacht cel en een dag later keerde hij terug naar Parijs, waar inmiddels de volksregering was aangetreden, in de nasleep van de Februarirevolutie van 1848 en Marx weer welkom was. Dat kwam dus goed uit. We sluiten af op de Grote Markt, waar een plaquette herinnert aan de oprichting, in aanwezigheid van Marx, van de Belgische Werkliedenpartij van eerder genoemde Emile Vandervelde, die op de Zavel een eigen plein heeft, tegenover het in de jaren zestig afgebroken Maison du Peuple. Zo is het een Belgische historie geworden, dit weekend: E.M. vertelde me over een film die ze aan het maken is over het kanaal dat van Brussel naar Antwerpen loopt en door Koning Willem I ten behoeve van de industrie werd verlengd tot Charleroi en dat Leopold I afbouwde (als ik het goed heb begrepen). Ze noemde ook de titel van een boek dat haar sterk heeft bevleugeld bij het maakproces: Geschiedenis zonder land van Rolf Falter. Benieuwd naar. We drinken nog een glas. Een zomerse dag en er is een jazzfestival aan de gang. Ik hou van deze temperatuur. Was het maar het hele jaar door 22 graden. /// Ik wandel met M.T. richting Argos en spreek over het klassenvraagstuk in de literatuur (niet in abstracte, contemplatieve zin, maar praktisch), iets wat nog altijd met groot ongemak omgeven is.
'op verrassende manier' voor 'op verrasende manier'. doe deze comment maar weg na correctie.
puik werk, ik lees het graag.
dagelijks een foto erbij lokt misschien meer lezers?